16 oktober 2014 
in Nieuws
2 min. leestijd

JA of NEE? Mijn keuze is JA

In de tweede of derde klas van het VWO werd er bij Biologie aandacht besteed aan het donorcodicil. Toen nog een papiertje waar je opschreef dat je donor was.
Met een filmpje, een indrukwekkend filmpje. Een jongen kreeg een ongeluk en overleed. Zijn organen werden voor meerdere mensen gebruikt. Heel indrukwekkend vond ik dat op 14 jarige leeftijd. Dit filmpje is van begin jaren ’90 en dus niet meer terug te vinden, maar op de site van de transplantatiestichting staan meerdere andere (indrukwekkende) filmpjes. Ik weet nog goed dat ik daarna ook een donorcodicil heb aangemaakt. Mijn moeder heeft ook haar handtekening erop gezet, want ik was nog lang geen 18 jaar.

In de jaren die volgden op mijn initiële keuze is het hele donorschap veranderd. Tegenwoordig geef je digitaal aan of je wel of geen donor wilt zijn. Direct gedaan. Ook manlief is na een aantal jaren actief donor geworden. Daarvoor liet hij de keuze graag aan de nabestaanden over. Ik vond dat zwak, omdat ik dan als ik al heel verdrietig ben moet nadenken of hij dat gewild zou hebben. En als je dat allemaal prima vind, waarom dan niet gewoon donor worden. Dan belast je mij niet. Dat waren mijn argumenten.

Hoe werkt orgaantransplantatie?

Wat is jouw keuze?
Deze week is het donorweek. Van 12 oktober tot en met 19 oktober. Ben jij al donor? JA of NEE
JA ik ben dus donor. En ik vind het belangrijk om donor te zijn. Zelf denk ik heel makkelijk, na mijn dood heb ik er toch niets meer aan. Als ik dan nog iemand anders blij kan maken. Prima! Maar ook andersom. Als ik nu een orgaan nodig heb, om te kunnen blijven leven, mijn kinderen te zien opgroeien en hen te helpen deze wereld als “goede” mensen te betreden. Dan ben ik heel blij dat jij donor bent.

Argumenten voor donor worden
1. Van de 3,5 miljoen mensen die een ‘Ja’ hebben laten vastleggen wordt per jaar maar een paar honderd daadwerkelijk orgaandonor. De speciale omstandigheden om organen te kunnen doneren komen niet zo vaak voor. Daarvoor moet iemand medisch geschikt zijn en in het ziekenhuis overlijden, vaak op een intensive care.
2. In Nederland wachten ongeveer 1200 mensen op een nieuw orgaan. Per jaar gaan ongeveer 150 mensen op de wachtlijst dood terwijl ze wachten op een nieuw orgaan.
3. Registratie in het Donorregister zorgt ervoor dat nabestaanden op een emotioneel moment hierover geen besluit hoeven te nemen. Dat is prettig voor hen en voor de arts. Wanneer nabestaanden niet weten wat de overledene wilde, zeggen zij vaak nee tegen donatie.
4. Eén donor kan 8 levens redden. Wanneer een donor alle organen kan doneren, is het mogelijk 8 levens te redden: met het hart, 2 nieren, 2 longen, de lever, de alvleesklier en de dunne darm. Gemiddeld doneert een donor 3 organen. Jaarlijks redden orgaandonoren zo de levens van circa 1200 mensen.
5. De kans dat je zelf ooit een orgaan nodig hebt is veel groter dan dat je na overlijden organen kunt doneren.
6. Organen worden zorgvuldig toegewezen aan de meest urgente patiënten op de wachtlijst. Rokers, alcoholisten en (drugs)verslaafden worden niet op de wachtlijst geplaatst zolang zij nog roken, drinken of gebruiken.

Bron: transplantatiestichting

Natuurlijk ben je nooit verplicht om donor te worden. Maar leg dan ook je keuze vast. Nee is ook een keuze!

Argumenten tegen donor worden
1. Een reden om ‘Nee’ te zeggen tegen orgaandonatie is bijvoorbeeld de zorg dat nabestaanden geen afscheid kunnen nemen. Soms zijn mensen bang voor snijden in het lichaam, ook na de dood. Of ze vragen zich af of hun lichaam nog wel toonbaar is na de donatieprocedure.
2. Ook bestaat er soms wantrouwen over de medische wereld en angst dat je nog niet echt dood bent als ze je organen er uit halen. Die ideeën worden wel eens in de media versterkt wanneer de begrippen coma en hersendood door elkaar worden gehaald.
3. Dat het niet bekend is naar wie je organen gaan kan ook een reden zijn om geen orgaandonor te willen zijn.
4. Sommige mensen vinden dat de mens een ziel heeft die niet zomaar los te zien is van het lichaam bij het overlijden. Ook bij bepaalde religies of geloofsovertuigingen wordt kritisch gedacht over het niet intact zijn van het lichaam na de dood.

Bron: transplantatiestichting

Ben jij al donor? Of kies je er bewust voor geen donor te zijn?

Reactie plaatsen