Zondag, dus tijd om ons beter te leren kennen! Deze keer aan de hand van het thema “Huishouden”. Echt niet onze hobby, maar ja het moet toch gebeuren hè! We schreven al een paar artikelen over het huishouden (theevlekken en inktvlekken) en er zullen er nog wel meer volgen. Het hoort er immers bij. Tot we ooit geld genoeg hebben voor een huishoudster??
Ontdek welke dingen wij hetzelfde doen. Dus mee hebben gekregen vanuit huis. En welke dingen wij anders zijn gaan doen, in ons eigen huishouden.
De was
Droger | aan de waslijn
M: Beide. Sokken, veel ondergoed, handdoeken, beddengoed en een aantal spijkerbroeken gaan in de droger. En de meeste bovenkleding gaat aan de lijn.
H: Ik heb beide maar ik gebruik de droger alleen voor de handdoeken en beddengoed. Alle kleding gaat op de lijn. Ik heb er een in het zoldertrapgat hangen en een staand rekje op de zolder staan. Ik kan hier ongeveer twee wassen op kwijt. Het duurt wel twee dagen voor het droog is in de herfst en winter.
Sorteren | alles bij elkaar
M: Sorteren! Witte was met handdoeken, sokken enzo. En dan donkere, lichte en vaak ook nog een gekleurde was apart. Heb alleen vaak ook nog een restwasje en dan gooi ik alles wel op 1 hoop.
H: Ik sorteer wel. Ik doe de spijkerbroeken, handdoeken en beddengoed in elk geval appart. De andere was scheid ik in donker en licht bont. Wij hebben soms met de danskleding van A genoeg voor een hele zwarte was dus dan doe ik die ook wel een appart. Van wit heb ik niet genoeg om dat appart te wassen dus die gaan vaak mee in de licht bonte was. Het gebeurt dus ook wel eens dat hier wat fout mee gaat en ik de witte dingen nog een keer moet wassen omdat er iets op heeft afgegeven.
Een soort wasmiddel | verschillende soorten wasmiddel
M: Verschillende, ik heb een kast vol met van alles en nog wat. Voor zwart, wit en gekleurd en allerlei soorten wasverzachter. Ik ben ook niet merkvast, er staat echt van alles.
H: Verschillende soorten. Ik heb een witte wasmiddel en een voor de gekleurde was. Vroeger waste ik ook nog met een speciaal wolwasmiddel voor de wollen truien maar dat doe ik niet meer. De wasmachine gaat nu standaard op 30 graden dus de wolletjes gaan gewoon mee met de dagelijkse was. Ik heb ook twee soorten wasverzachter. Een voor de gewone was en een met lavendelgeur voor het beddengoed. Ik vind het fijn als het beddengoed anders ruikt dan de gewone kleding omdat het beddengoed dan langer fris lijkt te ruiken. Sowieso is het fijn om af en toe te wisselen van wasverzacht want dan ruik je de wasverzachter weer.
Een wasdag | elke dag een wasje
M: 3x in de week. Zaterdag en zondag sowieso want dan wordt er vaak gesport. Fijn om die stinkkleren direct te wassen. En meestal op woensdag. Gewoonte van de tijd dat ik werkte en woensdag mijn vrije dag was. Bevalt goed zo, dus dit schema houd ik er wel in.
H: Ik heb geen wasdag maar ik doe ook niet elke dag een was. Ik was als de wasmand vol is. Wel doe ik de handdoeken en beddengoed vaak op een bepaalde dag.
Kleding strijken: ja | nee
M: Nee, ik strijk niet. Misschien een keer als ik iets aan moet en het is echt te erg. Maar anders zitten de kreukels er toch al in zodra je het hebt aangetrokken en gaat zitten. Manlief wil wel alles gestreken hebben, tenminste overhemden en spijkerbroeken. En dat mag hij dan ook lekker zelf doen.
H: Nee! Ik hang het netjes op de lijn en daarna vouw ik het op. Ik strijk ook de spijkerbroeken niet. Ik heb een stoomfunctie op de wasdroger en die haalt de kreukels eruit. Daarna hoeven ze alleen op de lijn nog te drogen.
Koken
Makkelijk | culinair
M: Over het algemeen makkelijk. Maar ik probeer wel graag nieuwe dingen uit. Als ze maar niet te moeilijk zijn.
H: Culinair vind ik echt geweldig. Als een ander het klaar maakt. Ik zelf vind het prettiger om makkelijk te koken. Dit omdat de tijd vaak ontbreekt maar vooral omdat “makkelijk” meestal beter in de smaak valt bij de kinderen. In de maand november ga ik proberen zonder pakjes en zakjes te koken. Dus geen voorverpakte kruiden met teveel zouten en suikers.
Weekboodschappen | meerdere keren per week
M: 2x in de week. In het weekend voor het weekend en melk, ontbijt, toiletpapier en dat soort zaken. Op maandag voor het eten van de rest van de week. Maar brood haal ik bijna elke dag, dus ik kom vaak in de supermarkt.
H: Ik ga in principe twee keer in de week. Net na het weekeinde en iets voor het weekeinde.
Vaak hetzelfde per week | veel nieuwe dingen proberen
M: Beide. Ligt een beetje aan de inspiratie. Succesrecepten worden wel vaker herhaald natuurlijk.
H: Ik probeer wel af te wisselen en nieuwe dingen proberen. Helaas vind Q nieuwe dingen van te voren al niet lekker.
Eten bewaren | weggooien
M: Bewaren als het kan. Er blijft alleen niet zo heel vaak wat over. Ik probeer precies genoeg te koken. Als het genoeg is om 1 iemand nog te laten eten wordt het wel bewaard voor de volgende dag, of ingevroren.
H: Ik wil niet weggooien en probeer in de bereiding daar al rekening mee te houden. De porties niet te groot maken zodat het gewoon opgaat. Als het echt veel is en het laat zich makkelijk invriezen dan doe ik dat maar zoveel is er meestal niet over.
Aan tafel eten | op de bank eten
M: Aan tafel alsmaar gaat om het avondeten. Ontbijt doet iedereen wat anders en lunch meestal op de bank met een beeldscherm. Soms eten we wel eens op de bank als we pizza of patat halen. Groot feest natuurlijk!
H: De kinderen geven de voorkeur aan de bank en dat vooral omdat dan de tv aan zou kunnen. Ik geef sterk de voorkeur voor eten aan de tafel. Minder afleiding dus er word beter en sneller gegeten. Bovendien heb ik dan het sneller van tafel af mogen als stok achter de deur om ze goed te laten eten.
Poetsen
Stofzuiger | swiffer
M: Stofzuiger. Kan ook gelijk de trap (bekleed) en het kleed mee doen. En boven ook deels vloerbedekking, dus ook daar is de stofzuiger noodzakelijk.
H: Stofzuiger. Ik heb een hond twee kinderen en een zandbak voor de deur. Dat geeft dus standaard zand, kruimels en haren op de vloer. De swiffer kan er wel een mooi hoopje van maken maar doet niet de matten, de bank en de trap. Met de stofzuiger kan ik die wel meteen meenemen.
Kant-en-klare natte doekjes | zelf sopje maken
M: Zelf sopje maken. Waarom zou je kant en klare doekjes kopen? Duurder en sopje werkt prima.
H: Zelf een sopje maken. Ik vind de kant-en-klare doekjes vaak te nat en dan laat het strepen achter. Als ik zelf een sopje maak dan droog ik het daarna even na.
Zelf ramen lappen | door de glazenwasser
M: Zelf. We hebben wel een tijdje een glazenwasser gehad, maar meestal zag je niet dat ze geweest waren. Zegt ook iets over de frequentie waarmee ik de ramen lap ben ik bang.
H: Zelf. Alles dat je zelf kan scheelt geld. Dus wij doen het zelf. De bovenramen zijn wel wat lastiger en die gaan dus niet zo vaak door het sop als de ramen beneden.
Overig
Iedere ochtend je bed opmaken | laten voor wat het is
M: Voor de warmte van ons waterbed is het belangrijk dat de dekens er weer netjes op liggen. Dus dat doen we braaf. En dan direct ook maar netjes. Het bed van T leg ik ook altijd even netjes. A doet het soms wel en soms niet. Prima, wat ze zelf wil hoor.
H: Ik sla mijn dekens terug of maak het bed op. Maar ik doe alleen mijn eigen bed. Als de andere, lees kinderen en man, in een onopgemaakt bed willen stappen is dat aan hun. Ik heb een jaarlang gevraagd of ze hun bed wilde opmaken. Dat deden ze dan braaf maar dat koste mij meer energie dan het opleverde. Dus daar ben ik mee gestopt.
Met de hand afwassen | vaatwasser
M: Vaatwasser! Maar ook een beetje met de hand. Ik heb pannen van bijna 40 jaar oud. De handvatten zijn niet echt geschikt voor in de vaatwasser. Wel jaren gedaan, maar ze worden nu slechter en dat vind ik zonde. Dus doen we die met de hand.
H: Vaatwasser! Laatst was die stuk en ik vond het niet erg om voor een korte tijd de vaat op de hand te doen maar ik ben wel erg blij met de vaatwasser.
Opgeruimd huis | rommelig huis
M: Rommelig dan maar. Kan ook niet anders met al dat speelgoed dat steeds gepakt wordt. En slecht opgeruimd. 1x per dag ruim ik dat op. Maar dan nog steeds de andere bewoners hun spullen ook nog overal slingeren.
H: Ik doe heel erg mijn best voor een opgeruimd huis maar het is en blijft een utopie. Wel probeer ik de rommel te beperken. En dat is meestal door de kinderen hun zooi op te laten ruimen.
Wie doet het huishouden: jij | partner
M: Ik, want ik heb geen baan. Maar ik krijg als het nodig is altijd hulp. Als ik het vraag.
H: Ik. Ik werk alleen als oproepkracht en ben dus meer thuis dan mijn man. Het huishouden is dan ook mijn werk. Als hij thuis is dan helpt hij mij wel.
En welke keuzes maak jij in het huishouden?
