T is inmiddels al weer even 3. Dus nog minder dan een jaar en dan mag hij eindelijk naar school. Iets waar wij al naar uitkijken. Maar voor het zover is, willen wij hem nog een aantal dingen bijbrengen, die moeten, of handig zijn voor hij naar school gaat.
Ik was al weer even uit de kleuters, maar ik kan me nog goed herinneren dat kleuters met 4 jaar allemaal heel verschillend binnen komen. Zo’n mooi voorbeeld van alle kinderen zijn uniek en ontwikkelen op hun eigen tempo. Zo kent het ene kind alle kleuren en het andere kind kan blauw en geel niet onderscheiden. Maar na grofweg 2 jaar wordt er toch van hen verwacht dat ze “klaar” zijn voor groep 3. Dan zijn ze allen op hun eigen kwaliteiten geroemd en bijgespijkerd op de gebieden die hun interesse voorheen niet hadden.
Voor T heb ik dus wel even gespiekt wat ze nu van een gemiddeld kind verwachten. De complete lijst vind je op Thuis in onderwijs. Ik heb er een paar uitgelicht. Natuurlijk een aantal waarmee ik even flink kan pronken met mijn knappe zoon. Want ja, dat doet deze mama ook graag natuurlijk. Maar ook een paar, waarvan ik verwacht dat hij er wel min of meer aan zal voldoen, over minder dan een jaar, als hij vier wordt. En dan zonder druk natuurlijk, want hij blijft gewoon een leuke peuter die zich ontwikkelt op zijn eigen tempo met zijn eigen interesses en dat is prima.
Zindelijk worden
Een van de eisen is dat ze grotendeels zindelijk zijn. Uit ervaring weet ik dat kleuters, zeker in spannende perioden nog wel eens een ongelukje hebben. En dat is helemaal niet erg. Maar T had tot voor kort, nog helemaal geen interesse in de wc, daarom hield ik dit stiekem toch een beetje in de gaten. Inmiddels hebben jullie al kunnen lezen, dat T zich in een rap tempo heeft bekwaamd en dat dit punt voor ons van de actielijst is gestreept.
Aankleden
Een kleuter moet zichzelf kunnen aankleden. Knopen, ritsen en veters hoeven ze nog niet te kunnen, maar na gym is het wel fijn als ze een broek en trui aan en uit kunnen doen. Logisch, want in klassen met soms 30 kleuters is het voor een juf toch ook niet te doen om ze allemaal aan te kleden.
Met T zijn we dus aan het oefenen. ’s Avonds als de rustig de tijd hebben. Prachtig vindt hij het. Hij voelt zichzelf heel groot. Aankleden gaat hem overigens makkelijker af dan uitkleden. Maar hij heeft ook nog ruim te tijd om te oefenen.
En in de ochtenden doen wij het gewoon voor hem, dan hebben we toch altijd meer haast, want er moet er nog 1 naar school.
Kleuren
Daar doen wij dus helemaal niets aan. Hij kent alle kleuren. Oké, roze en paars gooit hij echt door elkaar, maar verder kent hij de belangrijkste kleuren als rood, blauw, groen, geel, bruin en oranje perfect. Overigens hoeft een kleuter ze nog niet te kunnen benoemen.
Vormen
De vormen driehoek, cirkel en vierkant hoeven ze ook nog niet te kunnen benoemen. T weet ze soms wel en soms niet. Een driehoek noemt hij een kegel met dank aan Mickey Mouse Clubhouse.
Tellen
Een kleuter moet een beetje kunnen meetellen. Dat lukt T prima, 1,2,3 en 4 en 5 snapt hij ook. Als hij er zin in heeft, anders wordt het 1,2,6,7,10. Maar er is geen leuker spelletje dan vingers en tenen tellen toch?
Zomaar een paar vaardigheden die een peuter min of meer moet kennen. T is dus wel klaar voor de kleuters. Op cognitief niveau, en hij kan zichzelf straks ook goed redden met aankleden en toiletbezoek. Waar we ondertussen nog even aan blijven werken is het praten. Dan merk je nog echt dat hij een peuter is. Elke dag gaat hij met stappen vooruit en leert hij er meer woorden bij. Ook worden zijn zinnen steeds langer, want op het moment natuurlijk de verstaanbaarheid niet ten goede komt, zo snel wil hij de zinnen uit zijn mond gooien. En elke dag worden zijn woorden steeds duidelijker en moeten we woorden als tuttut (welterusten), lololoon (telefoon) en gappie (grapje) missen.
En stiekem denk ik dan toch: “Blijf je ook nog even klein lieve peuter?”
Wat waren jullie opschepmomenten bij je peuter?
byleen
op 31 May 2016Marijke
op 31 May 2016Nicole Orriëns
op 31 May 2016Marijke
op 31 May 2016